Reuzenbalsemien staat bekend als hardnekkig ‘onkruid’ omdat elke plant zo’n 800 zaadjes heeft en ze tot wel 7 meter ver kunnen springen. Hij groeit het liefst aan de rand van een bos. Ik ruik ze vaak al vanaf een afstand, een zeepachtig maar frisse geur komt je tegemoet.
Vroeger: In Engeland wordt de plant Himalaya balsam of policeman´s helmet genoemd. De bloem lijkt een beetje op de helm van een Engelse politieagent. De reuzen- of springbalsemien is afkomstig van Noord-India en het aangrenzende deel van de Himalaya. In 1839 werd de reuzenbalsemien voor het eerst in Engeland ingevoerd als sierplant. Hij werd vanuit Engeland over Europa verspreid. Een decennium later was de plant verwilderd in Frankrijk, Engeland, Duitsland en Nederland.
Toepassing:

Zaden: De zaden smaken nootachtig. Zelf gooi ik ze over de salade of karameliseer ik ze en sprenkel ik ze over pannenkoeken. Ze zijn in alle stadia (wit, licht bruin en zwart) eetbaar. De zaadjes kunnen worden gebruikt om koekjes mee te bakken. Je kunt ze gebruiken als vervanger van sesamzaad. De springzaadjes kun je ook door een curry doen. Het is lekker om de balsemienzaadjes door gebakken zilvervliesrijst te doen. Doe ze wel op het laatst erbij; ze hoeven niet lang mee te bakken.
Ook zijn ze te verwerken in een soep.
Bloemen: Je kunt ze als decoratie gebruiken, gelei van maken of azijn van trekken.

Hoe oogst je ze?
Als je je hand (met daaronder een bakje) onder de rijpe zaadhulsels houdt kun je ze zo opvangen.

Overig: De stengels zijn hol en kun je als rietje gebruiken. Kippen houden van de blaadjes en zaden van de springbalsemien. Sprookje over de springbalsemien.